Iets helemaal anders:

Er komt een journalist naar een instelling voor gestoorde mensen. Zijn eerste vraag luidt hoe ze het onderscheid maken tussen wie wel gek zijn en zij die niet gek zijn.

“Wel, ” zegt de dokter, “wij geven iedereen die binnen komt één theelepel, één pollepel en één emmer, dan gaan ze naar een badkamer waar een bad staat gevuld met water. De bedoeling is om het bad zo snel mogelijk leeg te maken.”

“Zo, ” zegt de journalist, “het is dus een normaal mens als hij de emmer pakt…”

“Nee, ” zegt de dokter, “normale mensen halen gewoon de stop eruit. Wilt U een bed bij het raam of in het midden?”

Dit gevoel heb ik de laatste tijd ook wanneer het over de politiek gaat. De politiek geeft ons voorgekauwde oplossingen die binnen hun partijpolitiek past, en die meestal een positieve discriminatie betekent voor hun eigen kiesvee en een negatieve discriminatie voor de mensen die niet tot hun doelgroep behoren. De ene partij trekt de werknemers voor en is tegen alles dat nog maar ruikt naar zelfstandigen, de andere proberen met hun voorstellen de werkgevers te paaien en vergeet hierbij de noden van de arbeiders, terwijl een andere partij de zwarte piet probeert door te schuiven naar de vreemdelingen.

Ons politiek milieu is er eentje geworden gebaseerd op het vinden van elkaars zwaktes. De beste strategie in onze politieke wereld is op veilig spelen en zo weinig mogelijk nieuwe voorstellen doen en zo veel mogelijk anderen hun ideeën de grond in boren.  Nu lijken wij als volk wel als de kinderen van ouders die in een vechtscheiding zitten. Ouders die elkaar het licht in elkaars ogen niet hunnen en er alles aan doen om het kind naar zich toe te trekken en voor hen te laten kiezen. Ouders die de ander demoniseren door alles wat de andere ouder doet en voorstelt zo te kaderen en te verdraaien zodat die gewetenloos en gevoelloos overkomt in de ogen van het kind. Ouders die zo erg opgaan in hun strijd tegen elkaar dat ze vergeten dat hun eigenlijke doel het welzijn van het kind is, en dat het nu net dat kind is dat lijdt onder hun onwil om samen te werken. 

We zijn toch allemaal mensen die samen aan een goede samenleving willen bouwen, voor onszelf en voor onze kinderen. Iedere arbeider van vandaag kan een kind of kleinkind krijgen die er later voor kiest om bv zelfstandig te worden. Iedere zelfstandige kan een kind of kleinkind krijgen die later er voor kiest om arbeider te worden. Je maakt nu geen beslissingen alleen voor jezelf, maar ook voor je kinderen en kleinkinderen, dus hoe kan je dan nu in hokjes blijven denken?

We moeten als volk weg van dit hokjes denken en op zoek naar oplossingen die de partijpolitiek overschrijdt.

We moeten weer leren om samen te bouwen. Elk nieuw idee zou moeten gezien worden als een eerste baksteen, waar iedereen aan mag verder bouwen door nieuwe ideetjes, aanpassingen en verfijningen aan te brengen. Niemand mag dit idee afbreken want niets is zo dodelijk voor de creativiteit dan wanneer elk nieuw idee wordt geridiculiseerd en bespuwd.

Waar is de echte sociale partij die mensen niet in hokjes steekt en die opkomt voor elke mens ongeacht ras, geloof, sekse, maar ook ongeacht of ze nu arbeider, bediende, zelfstandig, werkloos of met pensioen zijn. Een partij die niet verkiezingswinst probeert te halen door elk idee van de tegenpartij zwart te maken, maar die mee wil bouwen aan een idee, zelfs al is het niet hun eigen idee en zelfs al gaan ze hierdoor niet zelf met de pluimen lopen.